Round Table over ontwikkelingen in de onderzoeksomgeving op de campus (1/4)

Round Table over ontwikkelingen in de onderzoeksomgeving op de campus (1/4)

Op 4 november organiseerde het kennisplatform Campus Day de Round Table ‘Ontwikkelingen in de onderzoeksomgeving op de campus’. In deel 1 aandacht voor de wendbare onderzoeksomgeving.

Wendbare onderzoeksomgeving

Voordat de deelnemers zich bogen over de verschillende thema’s gingen ze eerst in op de vraag wat voor hen een ‘wendbare onderzoeksomgeving’ inhield. Daarbij trapte moderator Wim Kooyman af met de definitie ‘een relatief aanpasbare onderzoeksomgeving die relatief gemakkelijk kan switchen van de ene naar de andere toepassing zonder dat daarbij kapitalen geïnvesteerd hoeven te worden’. Henri van Luenen pakte als eerste de handschoen op. Van Luenen is director of operations bij het Nederlands Kanker Instituut in Amsterdam, dat samen met het Antoni van Leeuwenhoek ziekenhuis één organisatie vormt. Hij houdt zich bezig met gebouwen, maar ook met researchfaciliteiten en zaken als HR en financiën. Volgens Van Luenen kun je ‘wendbaar’ op verschillende manieren invullen: “Je kunt als organisatie aan het begin veel extra middelen investeren om in de toekomst wendbaar te zijn. Wij hebben daar nooit voor gekozen en zullen dat ook niet gaan doen. Wel hebben we er op gelet om in de installatieopzet voldoende capaciteit in te bouwen bij de basale infrastructuur – bijvoorbeeld bij ventilatie en elektriciteit – zodat een functie zonder al te veel problemen kan worden bijgesteld.” Ronald Oosting is hoofd huisvesting en arbo bij de faculteit Bètawetenschappen van de Universiteit Utrecht. Hij onderschrijft de woorden van Van Luenen, maar vult ze ook aan: “Voor mij betekent een wendbare onderzoeksomgeving dat er een flexibele toewijzing aan onderzoeksgroepen mogelijk is. Zodat je daarmee groei en krimp kunt opvangen, want dat is een moeilijke uitdaging. Nu zie je vaak dat succesvolle groepen vaak evenveel vierkante meters hebben als groepen met minder succes.”

Ronald Oosting: “Een wendbare onderzoeksomgeving betekent dat er een flexibele toewijzing aan onderzoeksgroepen mogelijk is.”

Cindy Gerhardt (foto) is directeur van de Biotech Campus Delft, een bedrijvencampus met jonge innovatieve bedrijven op het gebied van biotechnologie. Biotech Campus Delft, met TU Delft als een van de founding partners, bevindt zich op DSM-terrein. Op dat terrein bevindt zich ook een grote onderzoeksinstelling van DSM. “Wij zijn permanent op zoek naar wendbaarheid. We proberen zowel de onderzoeksfaciliteiten bij DSM als bij TU Delft open te stellen voor de startups op de campus, om zo bijvoorbeeld toegang tot bepaalde geavanceerde apparatuur mogelijk te maken.” Rikus Wolbers is directeur van Novio Tech Campus in Nijmegen dat gevestigd is in de ‘achtertuin’ van NXP, de grote chipfabriek. “We hebben een deel van dat terrein overgenomen en zijn daar een locatie gestart waar we voornamelijk bedrijven huisvesten op het gebied van health en hightech. Daarbij werken we nauw samen met zowel de Radboud Universiteit en Radboudumc als met de Hogeschool Arnhem-Nijmegen (HAN). Op het terrein is ook een onderzoeksinstelling gevestigd, het Chip Integration Technology Center, waar onder meer TNO en TU Delft onderdeel van uitmaken.” Als Wolbers het heeft over een wendbare onderzoeksomgeving kijkt hij er ook met de ogen van een vastgoedexploitant naar: “Dat betekent dat je zo weinig mogelijk ruimte onbenut wil hebben. Tegelijkertijd wil je echter ook je bedrijven kunnen faciliteren als ze groeien of als ze krimpen. Een van de creatieve oplossingen daarbij is – zoals Van Luenen al aangaf – dat je de gebouwen zodanig uitrust dat je in principe allerlei voorzieningen erop aan kunt sluiten. Dat betekent dat je voortdurend op zoek bent naar de balans tussen enerzijds het benutten van de overcapaciteit die je inherent in je gebouwen stopt en anderzijds het meebewegen met de groei en de krimp.” Iwan Holleman is directeur van de divisie Information Services bij de Radboud Universiteit. Hij brengt een nieuw element in bij de omschrijving van een wendbare onderzoeksomgeving: “Een aspect dat nog niet genoemd is, is de gelijktijdige benutting. Je ziet namelijk dat de verhouding tussen de tijd die onderzoekers bezig zijn in het lab versus de tijd dat ze bezig zijn met data-analyse en andere aanverwante zaken aan het veranderen is. Kort gezegd: minder in het lab, meer achter de computer. Een wendbaar en goed benut lab is voor mij daarom een lab dat door meerdere onderzoekers gebruikt wordt.”

Fotocredit: Herman Zonderland.

Delen: Twitter LinkedIn Facebook

permalink

Naar het overzicht

Lees verder

Terug naar boven